“Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan.”
Pippi Langkous
Weet je de eerste stapjes van je kind nog? Het eerste woordje? Het eerste zelfstandige hapje? Weet je ook nog hoe blij, trots en zelfverzekerd je kind was? Kinderen leerden vroeger in fors tempo. Ze dachten hier niet over na, maar bleven doorgaan tot het lukte. Hoe vaak is je kind opnieuw opgestaan, op wiebelige beentjes, om toch die eerste stapjes te kunnen zetten? En hoeveel zelfbedachte en onbegrijpelijke woorden heb je moeten ontrafelen, totdat je kind een gesprek met je kon voeren?
Geen plezier meer in leren
Er komt een moment dat sommige kinderen het plezier in leren verliezen. Op school krijgen ze ineens een resultaat voor wat ze leren. Dit resultaat kan positief uitvallen, maar het resultaat kan ook tegenvallen. Over het algemeen krijgen kinderen sneller complimentjes bij (bijna) foutloze prestaties.
Op school krijgen kinderen te maken met maar één methode. Dat is jammer, want veel kinderen leren op een andere manier. Ze worden geprikkeld en uitgedaagd op een andere manier. In de drukke klassen is het voor een leerkracht lastig om deze kinderen te begeleiden in de methode die ze voorgeschoteld krijgen, hoe graag een juf of meester dat ook zou willen.
Het ontdekken van talent
Deze kinderen worden dus een beetje in het diepe gegooid en aan hun lot over gelaten. Ze hebben zelf nog niet de handvatten om er toch wat van te maken. Als ouder gun je je kind natuurlijk het zelfvertrouwen om zijn of haar passie en talent te volgen.
Een kind dat zijn of haar talenten kent, heeft een belangrijke basis voor zelfvertrouwen en geluk. Leren en leven volgens je talent biedt structuur en houvast. Je kind hoeft dan niet meer zijn hoofd boven water te houden, maar kan met het volste zelfvertrouwen lange slagen maken.
Wat kun je als ouder doen om je kind te begeleiden in zijn of haar zelfvertrouwen?
1. Aandacht voor kleine successen
Geeft jouw kind snel op? Of gaat je kind geen nieuwe uitdagingen aan? Stimuleer je kind om door te zetten. Stel je voor, jullie gaan samen een taart bakken. Je kind krijgt de taak om een eitje kapot te tikken, maar het lukt niet. Pak het dan niet uit handen, maar moedig je kind aan om toch door te zetten. Geef je kind een compliment voor zijn doorzettingsvermogen als het is gelukt. Kijk dan maar eens hoe blij en trots je kind is!
2. Aandacht voor het proces, niet het resultaat
Op school krijgen kinderen een resultaat voor hun taken en toetsen. Het ene kind werkt hard voor een 8 en het andere kind werkt net zo hard voor een 6. Heeft het eerste kind het dan beter gedaan? Beide kinderen hebben net zo hard gewerkt, dus verdienen allebei een compliment. Het gaat dan niet meer om het resultaat, maar om het proces. Je kind wil volgende keer weer zo’n compliment (of beloning) dus zal net zo hard werken.
Geef je je kind complimenten voor goede cijfers? Waarschijnlijk heel goed bedoeld, maar voor je kind wordt de lat zo steeds hoger gelegd en de teleurstelling steeds groter als deze lat niet wordt gehaald. Geef dus complimenten voor het harde werken en het doorzettingsvermogen van je kind!
3. Ik kan het niet, het lukt me niet
Deze uitspraak hoort bij kinderen met een ‘vaste mindset’. Volgens de grondlegger van de mindsettheorie, Carol Dweck, zijn er twee verschillende denkwijzen: Een vaste mindset en een groeimindset.
Kinderen met een vaste mindset zijn bang om te falen en gaan daarom nieuwe uitdagingen uit de weg. Kinderen met een groei mindset willen graag leren en zich verder ontwikkelen, dus gaan juist nieuwe uitdagingen aan. Zij zien falen als een manier om beter te worden. We gunnen natuurlijk ieder kind een groei mindset. Een groei mindset stimuleer je door kinderen de ‘juiste’ complimenten te geven.
Deze complimenten zijn gericht op het proces, zijn specifiek en gericht op het gedrag en niet op de persoon. Goede complimenten zijn bijvoorbeeld: “Je hebt hard gewerkt”, “Je hebt goed doorgezet”, “Je hebt goed opgelet en de tips gebruikt”, “Je bent hier echt beter in geworden”.
4. Vraag je kind om hulp
Kinderen kunnen hun mening geven zonder bijbedoelingen en hebben vaak een interessante blik op volwassen zaken. Zit je met een probleem (groot of klein)? Weet je bijvoorbeeld niet wat jullie vanavond gaan eten? Vraag het je kind. Zit je met een probleem op werk? Vraag je kind om advies (natuurlijk afhankelijk van het probleem en de leeftijd van je kind). Kinderen en jongeren worden vaker om advies gevraagd, door organisaties en door de overheid. Helaas wordt er in de praktijk vaak weinig gedaan met het advies van kinderen. Kinderen die serieus worden genomen en een eigen stem hebben, vertrouwen op hun eigen kunnen, mening en talenten. Betrek je kind dus bij beslissingen!